Vandaag hield ik een baby vast. Dat was lang geleden en voor het eerst sinds ik die van mij vasthield, niet onwennig. Heerlijk zelfs. Het was een warm genot voor mijn armen die haar vasthielden, mijn buik die haar op zich rusten liet en mijn heupen die haar wiegden.
Ik heb heel lang gedacht dat ik geen baby’s wilde. Eerst bedacht ik dat ik onvruchtbaar was (ik had daar allerlei bizarre theorieën voor, die ik u zeer graag bespaar). Toen vond ik dat ik wel zeker de slechtste moeder ter wereld zou zijn (moest mijn zorgzame armen, mijn lieve buik en mijn dansende heupen nog ontdekken). En toen viel ik in de liefde. En toen wilde mijn lijf – nee, niet mijn lijf, maar mijn zelfzuchtig, genetische materiaal zich in alle hevigheid voortplanten.
En voor ik het wist, had ik er twee. Twee heerlijke baby’s. Een Letterkind (Helena) en een Zonnekind (Elise). En ik vond het toen wel welletjes, maar ergens diep binnenin mijn bloed bleef er een doortastend stemmetje gillen dat ik mezelf verspreiden moest. Ik negeerde het. Ik ging er discussies mee aan. Ik stak honderdduizend rietjes in mijn vel en trachtte het uit me te zuigen. Het onding bleef zinderen onder mijn huid. Liet zich niet zomaar van de wijs brengen. Er zou een heuse meteoriet op zijn kop moeten vallen voor hij zich gewonnen zou geven…
En die meteoriet viel. Niet alleen op de kop van het onding, ook op die van mij. En op die van mijn huwelijk. Patat. Boem. Daar stond ik. Zonder man en zonder zeurend onding in mijn bloed. Het duurde even voor die stilte, die afwezigheid van aanhoudend gezoem me opviel. En dat ik besefte dat ik verlost was. Van die ontzettend doordringende neiging om jezelf onsterfelijk te willen maken door baby’s op de wereld te zetten.
Vandaag wil ik mezelf nog altijd onsterfelijk maken, maar ik heb daar andere gralen voor gevonden. Ik schrijf en laat me lezen (ik woon in mijn verhalen, ik voel in mijn gedichten). Ik dans (ik ontdekkingsreis ritmisch). Ik bemin (ik ontwaak en sterf in de liefde). Ik inspireer, ik lach, ik jank, ik luister, laat me ontroeren. En ik hou baby’s vast. Heerlijke, zachte, naar Zwitsal ruikende baby’s die iemand anders bepamperen mag 🙂