Laat mij u een klein geheimpje over mezelf vertellen: ik ben een luistervink en een voyeur. Het onderwerp van die clandestiene neiging is gelukkig steeds slechts het alledaagse gesprek tussen mensen die ik niet ken. Ik doe het in de trein, ik doe het online op allerlei (dikwijls marginale) fora (van gamers, zwangere vrouwen, smartshoppers, liefhebbers van oldtimers, gezondheidsgoeroes en ander bijzonder pluimvee) maar het liefst van al doe ik het op een terras. Dat vind ik bijzonder spannend. Afgelopen week spitste ik zo mijn rode oortjes op terrassen in Parijs, achter een koffie en een boek dat ik niet las…
Een jongen en een meisje zitten naast elkaar aan een tafeltje. Ze drinken een cola. De jongen rookt een sigaret. Het meisje is verlegen. Het gesprek gaat nergens over en ook nergens heen, valt vaak ongemakkelijk stil. Dan kijken ze ontredderd op hun telefoon. Ik bedenk dat ze daar middeltjes tegen stiltes zoeken of tien do’s & dont’s voor een eerste rendez-vous of misschien gewoon een reddingsboei om niet te verdrinken. Gelukkig voor mij (want ik kan vooralsnog geen gedachten lezen), denkt het meisje nogal luidruchtig:
♀ “Ik zou willen dat hij stopt met zwijgen en dat hij me aanraakt. Maar ik wil niet het soort meisje zijn dat aangeraakt wil worden. Gisteren las ik op een site met verleidingstips (ja, ik bezoek dat!) dat je iemand die aangeraakt wil worden, niet aanraken mag. Dat dat verleidingsgewijs niet zo slim is. Dat je beter wacht tot die hunkerende mens zo zot wordt van verlangen dat hij/zij jóu aanraakt. Dat dát dan het ideale aanraakmoment tussen jullie twee zou zijn. Het ideale aanraakmoment. Klinkt goed. Dat wil ik. Daar wil ik naartoe. Naar het ideale aanraakmoment. Maar hoe geraak je daar? Is er een routeplan voorhanden? Of een handleiding? Of een youtube tutorial misschien? Die dingen zijn zó handig….”
♂ “—————————”
♀ “Maar stel nu dat hij die site ook gelezen heeft. En dat hij denkt dat hij niet het soort kerel wil zijn dat aangeraakt wil worden. En dat hij ook wacht op dat ideale aanraakmoment. Zo geraak je geen stap vooruit. Zo wachten we langs elkaar. Op iets wat wellicht nooit komen gaat. We drinken cola en we zwijgen rondom die gapende leegte van iets wat wellicht niet komen gaat. Moet je daar eigenlijk wel op wachten? Op iets wat wellicht niks zal zijn? Kan ik die wellicht niet gewoon schrappen? Morgen heb ik examen. Ik zou moeten studeren in plaats van te wachten op wellicht niks. Wellicht. Wellicht. Wellicht. Ik word zot. Waarom zegt hij niks? Waarom neemt hij me niet bij mijn arm om samen over de Champs-Élysées te dansen? Waarom kust hij me niet? Waarom vraagt hij me niet? Om eender wat, eender waar (Parijs is zo groot niet!) samen met hem… te doen/te zijn/te ontdekken? Waarom zit hij op zijn telefoon? Waarom zit ik op mijn telefoon? Waarom is de liefde zo raadselachtig ingewikkeld? Wie heeft dat zo uitgevonden? God? Jezus Maria, laat God erbuiten!”
♂ “ —————————- ”
De jongen dacht in stilte (of misschien wel helemaal niet). Zijn gedachten heb ik dus niet kunnen registreren. Bovendien bereikten we stilaan het moment dat ik dacht dat hij me doorhad. Ik kroop dus wat dieper in mijn boek maar bedacht toen dat hij misschien Nederlands kon lezen dus ik bedekte de titel (‘Vochtige Streken’) want wat moest hij wel niet van mij denken. Wellicht niks maar daar kan je ook niet op zitten wachten. Ik ben gelukkig geen verlegen meisje meer, dus ik tuitte mijn mond en lipte: Je t’en prie, touche-la.